Onderhoud kapitaalgoederen

Algemeen
Onder riolering verstaan we meer dan alleen buizen onder de grond. Het gaat om het geheel aan fysieke voorzieningen waarmee de gemeente zorgt voor de volksgezondheid en droge voeten. Hiervoor hebben we drie wettelijke zorgplichten, namelijk voor afvalwater, hemelwater en grondwater.

Beleid
De beleidskeuzes zijn opgenomen in het Gemeentelijk Rioleringsplan. Het kwaliteitsniveau is vastgesteld volgens het principe dat het systeem doelmatig werkt. Het beschikbaar gestelde budget is op korte en middellange termijn toereikend om het vereiste onderhoud voor de doelmatige werking van het systeem uit te voeren. De financiële beleidsuitgangspunten zijn:

• Een interne rekenrente van 0% tot 1% op de investeringen te hanteren. In 2019 is geen rente naar het taakveld Riolering doorbelast. Met ingang van 2020 is de rekenrente 0,25%.
• Tot en met 2020 vervangingsinvesteringen in tien jaar af te schrijven en vanaf 2021 direct af te boeken op de voorziening.
• Riolen niet te vervangen op basis van afschrijvingsplanningen, maar op basis van toestandsgegevens uit inspecties.
• Een kostendekkend riooltarief te hanteren.
• Vanaf 2018 jaarlijks € 200.000,- gecompenseerde BTW op rioolwerkzaamheden aan de algemene middelen toe te voegen.

Financiële middelen
In 2019 bedroeg de hoogte van de rioolheffing € 225,- voor woningen. In totaal inden we in 2019 € 2,70 miljoen. Naast de exploitatie voeden we hiermee drie voorzieningen:

1. Voorziening GRP (Gemeentelijk Rioleringsplan): met deze voorziening zorgen we voor een gelijkmatige ontwikkeling van het tarief van de rioolheffing. Deze voorziening is mogelijk op grond van artikel 44, lid 2 BBV.

De voorziening is in 2019 met € 270.250,- toegenomen en bedraagt eind 2019 € 4,2 mln. Dat komt voornamelijk door meer inkomsten (€ 40.000,-) vanwege toename van het aantal aansluitingen door nieuwbouw). Verder is het beleidsuitgangspunt maximaal 1% rente toe te rekenen over de boekwaarde van de investeringen in het rioolstelsel. Bij het samenstellen van de jaarrekening is het percentage bijgesteld naar 0%. Dat geeft een voordeel van € 45.000,-. Voor een uitgebreide toelichting verwijzen we naar het taakveld Treasury. Tot slot gaven we minder uit, doordat we moesten schuiven met de planning van de inspectie van de riolering. Dit werk doen we samen met zes regiogemeenten.

2. Voorziening vervanging riolering: met deze voorziening sparen we voor toekomstige rioolvervanging. Deze voorziening is mogelijk op grond van artikel 44, lid 1d BBV.

De voorziening is in 2019 met € 200.000,- toegenomen en bedraagt eind 2019 € 1.000.000,-. Deze voorziening wordt volgens schema gevuld en vanaf  2021 starten we met rioolvervanging.

3. Voorziening Onderhoud Riolering (gemalen): deze voorziening gebruiken we voor groot onderhoud  aan en vervanging van de rioolgemalen. Deze voorziening is mogelijk op grond van artikel 44, lid 1c BBV.

In 2019 bedroegen de uitgaven 82% ten opzichte van de raming. Dat komt vooral doordat we minder hoeven te vervangen in de drukriolering dan verwacht. Tussen 1999 en 2005 hebben we op grote schaal drukriolering aangelegd. In principe moeten we nu midden in de vervangingsgolf zitten. We beheren kwaliteitsgestuurd, zodat we niet onnodig vervangen. We constateren voorzichtig dat de vervangingsgolf beduidend meer afvlakt dan we verwachten. Dit leidt tot uitgestelde investeringen. Het is alleen nog te vroeg om de meerjarenraming sterk bij te stellen. De lastenontwikkeling in de begroting stellen we wel bij.

De voorziening nam in 2019 per saldo toe met € 115.750- en bedraagt eind 2019 € 867.750,-.

Alle voorzieningen zijn toereikend voor de komende jaren. We streven naar een zo klein mogelijke reserve in alle voorzieningen.

Risico's

• In 2018 zijn we regionaal aan de slag gegaan met klimaatadaptatie. Klimaatadaptatie is de verzamelnaam voor  het aanpassen van de omgeving aan het veranderende klimaat op het gebied van droogte, hitte, wateroverlast en waterveiligheid.
• Door het uitvoeren van zogenaamde stresstesten bepalen we waar de zwakke schakels in de openbare ruimte zitten. Voor het thema wateroverlast verfijnden we het beeld in 2019.  In 2020 willen we de brede dialoog met onze stakeholders starten over welke risico's acceptabel zijn voor onze gemeente. Vanuit deze dialoog formuleren wij een uitvoeringsprogramma.